Kwik in vis: moet je je zorgen maken?
Bijna iedereen weet dat het eten van vis veel gezondheidsvoordelen heeft vanwege de hoge bijdrage aan onverzadigde vetzuren. Er is echter toenemende bezorgdheid over de risico’s van kwik in vis.
In het artikel van vandaag kom je erachter of het kwik in vis echt gevaarlijk is, wat de veilige hoeveelheid is die je kunt consumeren en welke soorten vis het in grotere hoeveelheden bevatten.
Kwik in vis
Kwik komt van nature voor in de bodem, water, planten en dieren. Het probleem is dat door acties van mensen er grote hoeveelheden kwik in het milieu komen door bijvoorbeeld de verbranding van vast afval, het gebruik van fossiele brandstoffen en het gebruik van kwik in allerlei industrieën.
Kwik komt vissen binnen via het voedsel dat ze eten, dus de meest roofzuchtige vissen, die ook de grootste zijn, verzamelen er grote hoeveelheden van.
Risico’s van het consumeren van vis met kwik
De toxiciteit van kwik hangt af van de chemische vorm, het type, de hoeveelheid en mate van blootstelling. Van alle chemische soorten kwik die in voedsel aanwezig zijn, is de organische methylkwik-verbinding de meest giftige. Deze soort komt grotendeels voor in vis en schaaldieren.
Deze chemische verbinding kan de nieren en het centrale zenuwstelsel aantasten, vooral tijdens de ontwikkeling van de foetus, door zowel de bloed-herssenbarrière als de placenta te passeren.
Het kan ook veranderingen in de normale hersenontwikkeling van zuigelingen veroorzaken. Bovendien kan het bij hogere doses zelfs neurologische veranderingen bij volwassenen veroorzaken.
Welke vis bevat kwik?
Over het algemeen worden de hoogste concentraties kwik aangetroffen in zoet- en zoutwatervissen, vooral bij de grote soorten, die tot het hoogste niveau van de voedselketen behoren, zoals de volgende:
Grootoogtonijn
Tonijn bevat de meest alarmerende hoeveelheden kwik. Je hoeft je echter geen zorgen te maken over mediterrane tonijn, maar wel over grootoogtonijn. Deze variëteit van tonijn leeft in tropische en subtropische gebieden van de Atlantische Oceaan, de Indische Oceaan en de Stille Oceaan.
Zwaardvis
Zwaardvis is een van de commerciële vissen met de hoogste hoeveelheden kwik. Het is een roofdier dat dagelijks grote hoeveelheden vis eet. Daarom absorbeert het al het kwik dat zijn prooi bevat. Vervolgens komt het kwik dat het bevat in jouw lichaam terecht als je deze vis eet.
Haai
Deze soort bevat ook hoge percentages kwik. Haaien kunnen zo klein zijn als een dwerglantaarnhaai tot zo groot als een walvishaai. Hoe dan ook, aangezien ze roofdieren zijn, absorberen ze veel kwik uit hun prooi.
Snoek
De snoek is een groot roofdier, dat zich voedt met allerlei soorten, waaronder krab. In sommige delen van de wereld is het een invasieve soort.
Hoeveel vis kun je zonder risico eten?
Voor een veilige visconsumptie, moet je je inname van variëteiten waarvan is vastgesteld dat ze een hoog kwikgehalte hebben beperken. Bovendien moet je ze vermijden als je zwanger bent.
De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) (link in het Engels) beveelt aan om je inname te beperken van:
- Blauwvintonijn,
- Zwaardvis
- Haai
- Snoek
Je moet echter wel rekening houden met de herkomst van de vis, aangezien sommige wateren meer vervuild zijn dan andere.
Het Gezamenlijk Comité van deskundigen voor levensmiddelenadditieven van de WHO en FAO (Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties), heeft de aanvaardbare wekelijkse inname van methylkwik in juni 2003 beoordeeld, waarbij deze werd verlaagd van 3,3 μg per kg lichaamsgewicht tot 1,6 μg per kg lichaamsgewicht.
Aanbevelingen voor risicogroepen zijn als volgt:
- Vrouwen die zwanger zijn, zwanger willen worden of borstvoeding geven, moeten de consumptie ervan vermijden.
- Kinderen onder de drie jaar moeten de consumptie ervan vermijden.
- Voor kinderen tussen 3-12 jaar moet je de consumptie beperken tot 50 gram vis per week of 100 gram per twee weken. Ze mogen in dezelfde week geen andere vissen binnen deze categorie eten.
Lees ook eens:
Voeding en nierfalen: alles dat je moet weten
Aanbevelingen met betrekking tot visconsumptie
Vis is essentieel voor een uitgebalanceerd dieet, omdat het eiwitten van hoge biologische waarde bevat, zoals vitamine A, D en B12, jodium en selenium. Een dieet met vis en schaaldieren helpt je cardiale gezondheid te behouden. Er is ook geen bewijs voor een verband tussen de inname van kwik en het risico op coronaire hartziekten.
Rekening houdend met de voordelen van DHA-vetzuren en deze af te wegen tegen het risico van kwik, vermindert de consumptie van vis door vrouwen in de vruchtbare leeftijd, die zwanger zijn of die borstvoeding geven, het risico op abnormale neurologische ontwikkeling van kinderen.
Het is fundamenteel om de soorten vis die je eet af te wisselen.
- Kies voor andere soorten blauwvis, zoals zeebaars, zeebrasem, zalm, sardines, forel, enzovoort.
- Gezonde volwassenen mogen niet vaker dan eens per week vis eten met een hoog kwikgehalte, zoals tonijn, zwaardvis, snoek of haai.
- Eet niet te vaak tonijn uit blik. In een onderzoek (link in het Engels) onderzochten onderzoekers universiteitsstudenten die dit vaak aten. Ze hadden een hoger kwikgehalte in hun haar dan degenen die dit soort voedsel niet aten.
- Je moet afwisselen tussen het eten van blauwe vis en witvis, omdat de laatste minder kwik bevat.
Conclusie
Hoge concentraties kwik in bepaalde vissoorten is genoeg om hun consumptie te beperken. De consumptie ervan kan namelijk verantwoordelijk zijn voor een verhoogd risico op gezondheidsproblemen. Ook is het belangrijk om te onthouden dat andere vissoorten nog steeds erg gezond zijn.
Alle aangehaalde bronnen zijn grondig gecontroleerd door ons team om hun kwaliteit, betrouwbaarheid, actualiteit en geldigheid te waarborgen. De bibliografie van dit artikel werd beschouwd als betrouwbaar en wetenschappelijk nauwkeurig.
- Rhee JJ., Kim E., Buring JE., Kurth T., Fish consumption, omega 3 fatty acids, and risk of cardiovascular disease. Am J Prev Med, 2017. 52 (1): 10-19.
- Bjorklund G., Tinkov AA., Dadar M., Rahman M., et al., Insights into the potential role of mercury in alzheimer’s disease. J Mol Neurosci, 2019. 67 (4): 511-533.