Baarmoedermonderosie behandelen

Baarmoedermonderosie is op zichzelf geen ernstige aandoening, maar het kan el ernstigere gevolgen hebben. Bezoek dus altijd een arts als je last krijgt van de symptomen.
Baarmoedermonderosie behandelen

Laatste update: 29 oktober, 2018

Baarmoedermonderosie ontstaat als de slijmvliezen die zich aan de binnenkant van de baarmoederhals bevinden zich uitbreiden naar de baarmoedermond. Hierdoor kunnen dan snel ontstekingen en zweertjes ontstaan.

Erosie heeft verschillende oorzaken en kan het gevolg zijn van hormonale schommelingen, verandering in zuurtegraad, chronische infectie of trauma.

Je kunt baarmoedermonderosie herkennen aan de roodheid, irritatie en ontsteking, waardoor het soms moeilijk te onderscheiden is van het beginstadium van baarmoederhalskanker. Vaak treedt er meer afscheiding, mogelijk bloedverlies en rugpijn door de ontsteking op.

Verminderde vruchtbaarheid kan daar helaas ook het gevolg van zijn. Hieronder lees je meer over de oorzaken – en belangrijk – de behandeling van baarmoedermonderosie, zodat je een verder verloop van deze aandoening kunt vermijden.

Oorzaken van baarmoedermonderosie?

Baarmoedermonderosie is vaak pijnloos en kan elke vrouw treffen. Toch komt het verschijnsel vaker voor in de vruchtbare jaren. De oorzaken zijn uiteenlopend, maar zijn meestal te wijten aan infecties, het beginstadium van kanker of geleden trauma.

We zien dat het ook vaker voorkomt bij vrouwen die meer dan één bevalling achter de rug hebben.

Maar ook jongere vrouwen kunnen te kampen hebben met deze aandoening omwille van het gebruik van de pil of langdurig gebruik van inwendig ingebrachte middelen, zoals tampons.

Studies toonden ook aan dat de cijfers hoger liggen bij vrouwen uit lagere socio-economische milieus die reeds op jonge leeftijd meerdere zwangerschappen voldragen hebben of in kringen met minder hoge hygiënische standaarden.

Het belangrijkst is het leren herkennen van de symptomen, zodat verder verloop van de aandoening naar eventueel baarmoederhalskanker vermeden kan worden.

Om het beginstadium van baarmoederhalskanker uit te kunnen sluiten, zal er altijd een uitstrijkje van de baarmoedermond worden gemaakt en tevens een klein stukje weefsel uit de baarmoederhals weg worden genomen.

Zowel de afgenomen cellen van het uitstrijkje als het weefsel zullen in een laboratorium onder een microscoop worden onderzocht

Wat zijn de symptomen?

Baarmoedermonderosie geeft in de meeste  gevallen weinig of geen klachten en zal als gevolg daarvan vaak pas tijdens een zogenaamd speculum-onderzoek aan het licht komen. Op het moment dat de baarmoedermonderosie gaat ontsteken, kunnen er wel klachten ontstaan.

Denk hierbij aan pijn tijdens het plassen, pijn of bloedverlies bij het vrijen of het afscheiden van een witte, geurloze afscheiding die mogelijk een beetje bloed bevat.

Zelfs indien het uitstrijkje geen abnormale bevindingen weergeeft, kunnen symptomen van ontsteking en erosie nog steeds voorkomen. De baarmoedermond ziet dan rood en vertoont een korrelig oppervlak.

Dit komt doordat de slijmvliescellen roder en gevoeliger zijn dan de plaveiselcellen die normaal gesproken de baarmoedermond bedekken. De slijmvliescellen kunnen gemakkelijk beschadigen en ontsteken.

Andere symptomen die kunnen voorkomen:

  • Nekpijn
  • Pijn ter hoogte van de baarmoedermond
  • Allergische reactie
  • Rode ogen
  • Buikpijn
  • Bloedverlies na het vrijen
  • Veranderingen in de menstruatiecyclus
  • Brandende pijn of gevoel tijdens het plassen
  • Rugpijn

Behandeling van baarmoedermonderosie

In principe is baarmoedermonderosie een onschuldige aandoening, waardoor een behandeling niet noodzakelijk is, vooral bij vrouwen waar geen symptomen waargenomen worden. Als je veel last krijgt van afscheiding, bloedingen, pijn tijdens het plassen of vrijen is het wel verstandig een arts te raadplegen.

Deze zal dan een uitstrijkje maken om andere aandoeningen uit te sluiten. Als hierboven beschreven klachten inderdaad voorkomen dan zal de arts een aangepaste behandeling voorschrijven.

De behandeling kan bestaan uit medicatie of soms worden tijdens een poliklinische opname de slijmvliescellen weggebrand (electrocauterisatie) of bevroren (cryotherapie). Lasertherapie kan eveneens worden toegepast. 


Deze tekst wordt alleen voor informatieve doeleinden aangeboden en vervangt niet het consult bij een professional. Bij twijfel, raadpleeg uw specialist.