Wat is het schildklierstimulerend hormoon (TSH)?

Het schildklierstimulerend hormoon is verantwoordelijk voor het reguleren van de productie van schildklierhormonen. Een onbalans van dit hormoon kan zich manifesteren met problemen, zowel hypothyreoïdie als hyperthyreoïdie.
Wat is het schildklierstimulerend hormoon (TSH)?

Laatste update: 07 november, 2020

Het schildklierstimulerend hormoon (THS) is een molecuul dat betrokken is bij mogelijke disfuncties van de schildklier. Daarom vragen artsen om de test waarmee de TSH-waarden in het bloed worden bepaald wanneer ze bepaalde symptomen waarnemen die verband houden met dit orgaan.

Als de hoeveelheid TSH in het bloed niet binnen de marges valt is dat een aanwijzing voor een afwijking die verder moet worden bestudeerd. Dit onderzoek is dus vaak het eerste van meerdere die zullen volgen.

Wat is het schildklierstimulerend hormoon?

TSH staat voor schildklierstimulerend hormoon, of, technisch gezien, thyrotropine. Het wordt vrijgegeven door de hypofyse na de stimulus die het van de hypothalamus ontvangt. Dit proces verloopt via een ander hormoon dat bekend staat als thyrotropine-releasing hormone (TRH).

Zodra er TSH in het bloed aanwezig is, komt het in contact met de cellen van de schildklier. Als gevolg van dit contact begint het lichaam met het produceren van twee andere hormonen:

  • T3 of tri-joodthyronine. Dit is veel actiever dan T4 en het is het hormoon dat effect heeft op de weefsels. Dat wil zeggen dat dit hormoon het metabolisme van de weefsels reguleert.
  • T4 of thyroxine. Dit hormoon heeft minimale activiteit op de weefsels. Het is meer een reservoir van T3. Wanneer T4 de weefsels bereikt, kan het vervolgens worden omgezet in T3, dat de laatste handeling uitvoert.

T3 en T4 gaan naar de weefsels om het metabolisme van eiwitten, koolhydraten en vetten te regelen (Spaanse link). Deze hormonen zijn zeer belangrijk bij baby’s omdat ze onder andere de normale ontwikkeling van het hersenweefsel van een pasgeborene bevorderen.

Misschien vind je dit artikel interessant:
6 signalen om schildklierproblemen te identificeren

De hoeveelheid schildklierstimulerend hormoon in het bloed

Een illustratie van een schildklier

Volgens een in 2017 gepubliceerde studie (Engelse link), waaraan ongeveer 4.550 mensen in de leeftijd van 18 tot 93 jaar deelnamen, bedroeg de prevalentie van hypothyreoïdie 9,1%. De prevalentie van hyperthyreoïdie in deze groep was 0,8%.

Samen treffen deze twee aandoeningen dus bijna 10% van de bevolking. Het zou mogelijk zijn dat bij al deze patiënten een abnormaal TSH-resultaat te vinden is. De hoeveelheid van dit hormoon wordt op 3 verschillende manieren gereguleerd:

  • de hoeveelheid TRH die wordt vrijgegeven door de hypothalamus.
  • de hypofyseklier die verantwoordelijk is voor opslag en afgifte van TSH op het moment dat dit noodzakelijk is.
  • de negatieve feedback van de schildklierhormonen.

Wat is negatieve feedback?

Als er veel schildklierhormonen worden aangemaakt, wordt hun hoeveelheid in het bloed verhoogd. De hypothalamus en hypofyse detecteren deze stijging beiden en verminderen vervolgens hun productie van TRH en TSH. Dit proces noemen we negatieve feedback.

Het wil dus zeggen dat de hormonen zichzelf reguleren om stabiele spiegels van deze hormonen in het bloed te hebben. Zonder dit mechanisme zouden we constant in een toestand van hyperthyreoïdie of hypothyreoïdie terecht komen.

TSH-waarden in het bloed

Normale niveaus van TSH in het bloed liggen tussen 0,4 en 4 mIU/L. Als deze waarden worden overschreden of de hoeveelheid van het schildklierstimulerend hormoon juist lager is, betekent dit dat er sprake van een verstoorde werking van de schildklier is.

Met name een lage TSH dat er zoveel T3 en T4 in het bloed zit dat deze hormonen een negatieve feedback geven aan de hypofyse. Daardoor wordt verdere productie afgeremd of verhinderd. Meestal hebben we het in dat scenario over hyperthyreoïdie.

Er kan ook een lage TSH ontstaan als gevolg van secundaire hypothyreoïdie. Dit probleem treedt op wanneer er een disfunctie van de hypofyse is. Mogelijke oorzaken hiervan zijn onder andere:

  • een deel ervan is vernietigd.
  • de werking wordt belemmerd – zoals het geval kan zijn bij een hersentumor.

Tot slot kan tertiaire hypothyreoïdie de boosdoener zijn. Dit betekent dat de hypothalamus niet goed werkt en stopt met het produceren van TRH. Als gevolg daarvan stuurt het geen signalen naar de hypofyse om TSH te produceren.

In het eerste geval, wanneer er een overproductie is van de perifere schildklierhormonen, zullen er hoge T3- en T4-spiegels in het bloed zijn. Dat geeft aan dat het metabolisme te hard werkt.

Het lichaam zal in dat geval dus alle vetten en suikers in het lichaam gaan verbranden om energie vrij te maken. Dit betekent dat er sprake zal zijn van ongewenst gewichtsverlies.

Behandeling van onevenwichtigheden van het schildklierstimulerend hormoon

Een vrouw die een arts raadpleegt

Hyperthyreoïdie

Enkele van de symptomen van hyperthyreoïdie zijn nervositeit, hartkloppingen, hyperactiviteit en overmatig zweten. Er is ook een overgevoeligheid voor warmte , verhoogde eetlust en gewichtsverlies.

Over het algemeen versnelt hyperthyreoïdie de hartslag en het metabolisme, wat leidt tot gewichtsverlies.

Raadpleeg je arts als je denkt dat je mogelijk hyperthyreoïdie hebt. Deze kan bloedtesten laten uitvoeren om je TSH-, T3- en T4-waarden te controleren. De diagnose van hyperthyreoïdie zal worden gesteld als de spiegels van het schildklierstimulerend hormoon laag zijn en de schildklierhormonen hoog.

De oorzaken kunnen variëren van een schildkliertumor tot een auto-immuunziekte, waarbij de aangemaakte antilichamen de schildkliercellen overbelasten. Er zijn medicijnen om eventuele symptomen te verminderen en de gevolgen onder controle te houden.

Hypothyreoïdie

Symptomen die in strijd zijn met het bovenstaande zijn juist indicatief voor hypothyreoïdie. Denk hierbij aan klachten zoals vermoeidheid, gewichtstoename, intolerantie voor kou en onderkoeling,

Het kan zijn dat er sprake van een hersentumor is die de hypofyse-klier vernietigt of deze comprimeert. Daardoor kan de afgifte van TSH worden belemmerd. Het kan ook komen door de lage productie van T3 en T4 in de klier zelf.

Een te laag gehalte TSH in de context van hypothyreoïdie duidt op een ernstig probleem. Het kan verband houden met de vernietiging van de hypofyse. Als de TSH normaal of zelfs hoog is, kan de schildklier de boosdoener zijn.


Alle aangehaalde bronnen zijn grondig gecontroleerd door ons team om hun kwaliteit, betrouwbaarheid, actualiteit en geldigheid te waarborgen. De bibliografie van dit artikel werd beschouwd als betrouwbaar en wetenschappelijk nauwkeurig.



Deze tekst wordt alleen voor informatieve doeleinden aangeboden en vervangt niet het consult bij een professional. Bij twijfel, raadpleeg uw specialist.