Moet ik stoppen met het gebruiken van anticonceptiemiddelen?
Anticonceptiemiddelen zijn de sleutel tot een wereldwijde gezondheid, het voorkomen van de verspreiding van seksueel overdraagbare aandoeningen en het beheersen van de bevolkingsgroei. Ze worden gebruikt door seksueel actieve vrouwen en mannen. De meest geschikte keuze voor een anticonceptiemethode wordt bepaald door de situatie en de persoonlijkheid van het paar, of de persoon die besluit zichzelf te beschermen.
Mensen planten zich van nature voort door middel van geslachtsgemeenschap vanaf het moment dat de biologische leeftijd voor het krijgen van kinderen is bereikt. Reproductie kan echter in bedwang worden gehouden met anticonceptiemiddelen. Anticonceptiemiddelen, verschillende methoden om zwangerschap te voorkomen, kunnen hormonaal, kunstmatig of natuurlijk zijn en oraal of door middel van een injectie worden ingenomen. Er bestaan ook noodanticonceptiemiddelen.
- Hormonen die door vrouwen worden ingenomen, komen meestal in de vorm van pillen.
- Kunstmatige anticonceptiemiddelen zijn meestal middelen die een barrière vormen, zoals condooms of spermiciden en chirurgische ingrepen.
- Natuurlijke anticonceptiemiddelen houden in dat je de menstruatiecyclus in de gaten houdt en varianten daarvan.
Tegenwoordig bestaan er ook anticonceptiemiddelen voor mannen. Eén methode bestaat uit een injectie die het aantal zaadcellen tot een minimum beperkt. De effecten ervan zijn omkeerbaar. Elke persoon moet aan de hand van zijn eigen situatie een anticonceptiemethode kiezen.
De belangrijkste kenmerken van voorbehoedmiddelen
Anticonceptiemiddelen hebben verschillende kenmerken die moeten worden geanalyseerd voordat je er één kiest. Dat is noodzakelijk om er zeker van te zijn dat het middel je kan bieden waar je naar op zoek bent.
- Doeltreffendheid: vertegenwoordigt het risico om zwanger te worden, ook al wordt een anticonceptiemiddel gebruikt.
- Veiligheid: de gezondheid van de vrouw moet worden gegarandeerd en vrouwen met bepaalde gezondheidsproblemen moeten mogelijk het gebruik van voorbehoedmiddelen beperken.
- Aanvaardbaarheid: wat een voordeel is voor sommigen kan een nadeel zijn voor anderen. Elke persoon moet de meest geschikte methode kiezen voor zijn of haar behoeften.
- Gebruiksgemak: hoe moeilijk of makkelijk is het om het middel correct te gebruiken?
- Beschikbaarheid: sommige anticonceptiemethoden zijn gratis beschikbaar in bepaalde gezondheidszorgsystemen.
- Omkeerbaarheid: het is ook belangrijk om te weten of de methode omkeerbaar is. Je moet weten of je vruchtbaarheid kan worden hersteld nadat je stopt met het gebruiken ervan.
- Kosten: de kosten van voorbehoedmiddelen zijn aanzienlijk voor jonge mensen die vaak beperkte financiële middelen hebben.
Classificatie van anticonceptiemiddelen
Tijdelijke methoden
Deze methoden zijn omkeerbaar. Dat betekent dat wanneer je stopt met het gebruiken ervan, je gewoon weer zwanger kunt worden. Ze kunnen natuurlijk zijn of niet. Met andere woorden, ze vereisen het gebruik van mechanische of chemische procedures, zoals barrières of hormonale methoden.
Permanente methoden
Alle permanente anticonceptiemiddelen zijn onomkeerbaar. Na de procedure (voor een man of een vrouw) kan diegene geen kind meer verwekken of krijgen.
Permanente methoden zijn chirurgisch en kunnen worden uitgevoerd op mannen (vasectomie) en op vrouwen (afbinden van de eileiders).
Soorten anticonceptiemiddelen
1. Barrièremethoden
- Condooms: behalve een latexallergie er zijn geen contra-indicaties. Het is een van de beste methoden om seksueel overdraagbare ziektes te voorkomen.
- Spermicide: dit werkt als een chemische barrière en voorkomt dat sperma de baarmoeder bereikt.
- Vrouwelijk condoom: deze methode beschermt tegen ongewenste zwangerschappen en SOA’s.
- Pessarium: dit is een elastisch siliconen schijfje dat voor de baarmoederhals wordt geplaatst. Het bedekt het slijmvlies van de vagina niet, dus wordt het niet aanbevolen om SOA’s te voorkomen.
- Vaginale spons: dit middel wordt gemaakt van polyurethaanschuim dat spermicide bevat. Het moet zes uur na geslachtsgemeenschap worden verwijderd. Het voorkomt SOA’s niet.
2. Hormonale anticonceptiemiddelen
- Anticonceptiepillen: deze moeten worden gebruikt op basis van een medisch recept. Ze kunnen helpen met verschillende gezondheidsproblemen, maar kunnen ook bijwerkingen hebben.
- De minipil: deze is gemaakt vanwege bijwerkingen veroorzaakt door het oestrogeen in normale anticonceptiepillen.
- De morning-afterpil (Plan B): deze bevat een hoge dosis hormonen en mag alleen in noodgevallen worden ingenomen, binnen 72 uur na de geslachtsgemeenschap.
- Anticonceptiepleisters: dit is een zelfklevende pleister die op de huid wordt geplaatst en om de zeven dagen wordt vervangen.
- De vaginale ring: dit is een ring die oestrogeen en progesteron afgeeft. De ring gaat drie weken mee.
- De prikpil: deze heeft vergelijkbare voordelen en bijwerkingen als de pil.
- Hormoonimplantaat: dit is een zeer effectief anticonceptiemiddel. Het is een subcutaan implantaat dat bestaat uit een klein plastic apparaatje dat hormonen afgeeft. Een hormoonimplantaat gaat drie jaar mee.
3. Permanente anticonceptiemiddelen
- Vasectomie: dit is een eenvoudige operatie waarbij de zaadleider wordt doorgesneden.
- Afbinden van de eileiders: deze behandeling wordt operatief of endoscopisch uitgevoerd.
4. Alternatieve natuurlijke methoden
- Menstruele kalendermethode: deze methode bestaat uit het inschatten van de ovulatiedagen van een vrouw en het vermijden van geslachtsgemeenschap op die dagen. Ovulatiedagen treden normaal rond de vijftiende dag van de menstruatiecyclus op.
- Terugtrekmethode: bij deze methode trekt de man zijn penis uit de vagina vóór ejaculatie. Als de man er echter niet in slaagt om op tijd terug te trekken, kan de vrouw zwanger worden omdat de pre-zaadvloeistof kleine sporen van sperma bevat
- Cervicaal slijm: een paar dagen voor de eisprong wordt het cervicaal slijm elastischer. Dit betekent dat de vruchtbare periode van een vrouw is begonnen.
- Borstvoeding: vrouwen die borstvoeding geven, ovuleren niet. Veel factoren beïnvloeden echter de effectiviteit van deze natuurlijke anticonceptiemethode en moeten zorgvuldig worden uitgevoerd.
Is langdurig gebruik van anticonceptiemiddelen schadelijk?
Tot nu toe is er geen indicatie dat langdurig gebruik van anticonceptiemiddelen schadelijk is. Integendeel, ze verminderen in feite de mogelijkheid op een ectopische oftewel buitenbaarmoederlijke zwangerschap. Orale anticonceptiemiddelen stapelen zich niet op in het lichaam van de vrouw, en de vrouw hoeft tussendoor ook geen pauzes te nemen.
Een gezonde vrouw kan anticonceptiepillen innemen (zolang een arts ze voorschrijft) vanaf haar eerste menstruatie (menarche) tot de laatste (menopauze) zonder de noodzaak om de inname te onderbreken. Als ze jaarlijks op controle gaat bij een gynaecoloog, kan een vrouw anticonceptiepillen gebruiken zolang ze vruchtbaar is en zwangerschap wil vermijden.
De noodzaak om pauzes te nemen tijdens het gebruik van anticonceptiepillen is een mythe van onduidelijke oorsprong.
Risico’s bij het nemen van pauzes tijdens het gebruik van anticonceptiepillen
- Een vrouw verliest contraceptieve bescherming: de pillen veroorzaken geen steriliteit.
- Ze zal een andere anticonceptiemethode moeten gebruiken die minder effectief is.
- Deze nieuwe methode is misschien onbekend, waardoor het kan zijn dat ze hem onjuist of inconsistent gebruikt.
- In sommige gevallen weet de vrouw niet hoe en of zij het met haar partner moet hebben over het gebruik van een condoom.
- Opnieuw beginnen met het slikken van de pil na een pauze kan nadelige bijwerkingen veroorzaken die al verdwenen waren.
- Er zijn vrouwen die stoppen met het slikken van de pil en door perioden van amenorroe gaan (uitblijven van de menstruatie). Dit wordt vervolgens in veel gevallen verward met zwangerschap. Bovendien maakt dit het lastig om de ovulatiedagen te berekenen.
Kortom, het is veilig om anticonceptiepillen voor een langere periode te gebruiken als je een zwangerschap wilt voorkomen. Anticonceptiemiddelen hebben geen uiterste gebruiksduur zolang je jaarlijks op controle gaat bij een gynaecoloog. Ook mag er tijdens de behandeling geen ziekte aanwezig zijn, waardoor het gebruik van de methode zou moeten worden gestopt.
Er zijn natuurlijk altijd uitzonderingen waarbij de arts kan aanbevelen om de behandeling tijdelijk te onderbreken of van merk te veranderen. Deze rustperiodes vergroten echter wel het risico op een ongeplande zwangerschap. Het slikken van de pil en de bijwerkingen die dit kan veroorzaken, zijn voor elke vrouw anders.
Als je echter nooit iets ongewoons hebt gevoeld en je je na twee of drie jaar ineens apathisch, moe, duizelig of humeurig begint te voelen, of als je helemaal geen behoefte meer hebt aan geslachtsgemeenschap, raden wij aan met de behandeling te stoppen. Het is dan een goed idee om je lichaam even twee of drie natuurlijke menstruaties te laten hebben.
Bijwerkingen die je kunt ervaren na het langdurig slikken van de pil
- Verminderd libido
- Angstige of depressieve stemming
- Heftige migraine
- Vaker vaginale infecties zoals candidiasis
- Zwaar gevoel in de benen en het ontstaan van spataderen
- Hypertensie
- Ook hebben onderzoeken aangetoond dat de pil het risico op borst- en baarmoederhalskanker verhoogt. Aan de andere kant vermindert het het risico op eierstokkanker.
Alle aangehaalde bronnen zijn grondig gecontroleerd door ons team om hun kwaliteit, betrouwbaarheid, actualiteit en geldigheid te waarborgen. De bibliografie van dit artikel werd beschouwd als betrouwbaar en wetenschappelijk nauwkeurig.
- Curtis, K. M.; Jatlaoui, T. C.; Tepper, N. K.; Zapata, L. B.; Horton, L. G.; Jamieson, D. J., and Whiteman, M. K. (2016). “U.S. Selected Practice Recommendations for Contraceptive Use, 2016”, MMWR. Recommendations and Reports, 65 (4): 1-66.
- Hindin MJ, McGough LJ, Adanu RM. J Fam Plann Reprod Health Care 2014;40:30–35.
- Maroto de Agustín, A.; Moreno Bueno, M. A.; Rubio Moreno, M. M.; Ortiz Valle, C. y Escobar Rabadán, F. (1998). “Conocimiento y uso de métodos anticonceptivos por la población femenina de una zona de salud”, Revista Española de Salud Pública, 72 (6): 382-386.
- Speroff, L., and Darney, Ph. D. (2010). A Clinical Guide for Contraception. Philadelphia, PA: Lippincott Williams & Wilkins.
- Stubblefield, P. G., and Roncari, D. M. (2011). “Family Planing”. In J. S. Berek (coord.) Berek & Novak’s Gynecology. Philadelphia, PA: Lippincott Williams & Wilkins, pp. 211-269.
- World Health Organization (Department of Reproductive Health and Research and Johns Hopkins Bloomberg School of Public Health). (2011). Family planning: A global handbook for providers: Evidence-based guidance developed through worldwide collaboration. Geneva: WHO and Center for Communication Programs.